02 juli, 2012

Op weg naar de uitgang


De FNV voerde actie bij het GroenLinks congres. Onder het motto “Kunduz Akkoord IJs en IJskoud” werden grote blokken ijs voor Vredenburg opgestapeld. Fascinerende actie van een organisatie die ook roept dat het Kunduz-akkoord van Nederland een sociale woestijn maakt. Maar dat ik er niet warm of koud van word, zul je mij niet horen zeggen. 
Op 1 januari 1993 werd ik lid van de ABVA/KABO. Een paar maanden daarvoor was ik in dienst getreden van een waterschap in Delft. Thuis was ik opgevoed met de gedachte dat mensen die werken, lid zijn van de vakbond. Een goed uitgangspunt, en dat vind ik nog steeds. Ondernemers beschikken over de macht van het geld, werknemers over de macht van het getal. Maar dan moeten ze zich wel verenigen. Helemaal gelukkig was ik niet, bij de ABVA/KABO, afdeling waterschap. Als het ging om een nieuwe cao, dan zette de bond steeds in op meer loon en meer vrije dagen. Nou ben ik daar niet vies van, maar mijn voorkeur ging uit naar het verruimen van de mogelijkheden van kinderopvang, deeltijdarbeid en het volgen van scholing. En daar waren ze bij de ABVA/KABO, afdeling waterschap in de jaren ’90 van de vorige eeuw niet zo voor te porren.
Toch bleef ik al die jaren lid van de ABVA/KABO, ook toen ik stadsdeelwethouder werd. Solidariteit laat zich niet vangen in functieomschrijvingen, tenslotte. Als raadslid liep ik mee met stakende schoonmakers en stelde samen met Maureen van der Pligt van de SP succesvol voor dat de gemeente Amsterdam zich zou aansluiten bij de Code Verantwoord Marktgedrag Schoonmaak- enGlazenwassersbranche. Tegelijk kreeg ik meer en meer moeite met de standpunten van de ABVA/KABO en de FNV. Veel te gehecht aan de belangen van de leden, te weinig lef om ze te zeggen waar het op staat. Te veel oog voor mensen met een vaste baan, te weinig oog voor mensen die graag flexibel willen werken. Te veel strijd voor een AOW op 65, te weinig aandacht voor wat dat kost en wat je anders met dat geld zou kunnen doen.
En nu dan het verzet van de ABVA/KABO en de FNV tegen het Kunduz-akkoord. Ik vond het eigenlijk wel een goed akkoord, gegeven de omstandigheden. Lag er voor 1 mei geen akkoord over de Nederlandse begroting in Brussel, dan dreigden sancties. Zou ook een mooie boel zijn geweest, als het land dat als geen ander riep dat iedereen zich aan de regels moest houden, voor zichzelf de teugels had laten vieren. En dat akkoord draaide 15 van de ergste maatregelen van het Kabinet Rutte terug, zette in op vergroening van de economie, deed een beroep op de solidariteit van de Nederlanders en klopte de rijksten onder ons nog eens extra geld uit de zak. Tuurlijk, met PvdA en SP en zonder VVD en CDA had dat akkoord er stukken beter uit kunnen zien. Maar zonder akkoord, had het er voor Nederland een stuk slechter uitgezien. Dat was de keuze van SP en PvdA, en gelukkig koos GroenLinks daar niet voor. Beter vuile handen, dan lege handen. En daartegen voert mijn eigen vakbond dan actie.
Na bijna 20 jaar lidmaatschap ben ik vanochtend op zoek gegaan naar de uitgang. Opzeggen kan ik nog niet, daarvoor is de solidariteit van werkers me te belangrijk. Maar gewoon lid blijven van het deel van de vakbond dat zich laat kennen als het meest behoudzuchtig en bekrompen, dat wil ik ook niet. Vanochtend heb ik me dus gemeld bij FNV Zelfstandigen.  Ik heb er voor gekozen mijn contributie per maand te betalen, al is dat duurder. Kan ik tenminste snel weg, als het nog gekker wordt.